Twentse antwoord

Een oudere vrouw belt ’s nachts in paniek 112 en vertelt dat de huisarts een einde aan haar leven wil maken. Een suïcidale man dreigt van het balkon te springen. Een verwarde vrouw staat midden op straat te schreeuwen. Drie willekeurige Twentse meldingen van verwarde personen.

Elk jaar zijn er meer van dit soort meldingen. Het kost de onderbezette politie te veel tijd. Die neemt immers 24 uur per dag de telefoon op. Het afgelopen jaar kreeg de politie Oost-Nederland 26 procent meer telefoontjes van of over personen met verward of onbegrepen gedrag dan het jaar ervoor. Het Twentse antwoord hierop heet ‘streettriage’.

Stijging meldingen zegt niet zoveel

Hier gaan een agent en een psychiatrisch verpleegkundige samen op een acute melding af. Streettriage zorgt niet voor minder meldingen. Volgens Ellen Gros levert het wel een snellere en betere oplossing. Zij is sociaal-psychiatrisch verpleegkundige bij Dimence en coördineert het project in deze regio. Daarin werken GGZ-instellingen Dimence en Mediant samen met onder andere de Twentse politie en ambulancedienst.

De stijging van het aantal meldingen zegt haar niet zoveel. „Het is een code voor de politie. Het zegt niets over de aanleiding of oorzaak van het onbegrepen gedrag. Dat het aantal meldingen toeneemt zegt alleen dat de registratie van deze code toeneemt. Dit zegt niets over de inhoud of de effecten van zorg.”

De oorzaak of aanleiding van het onbegrepen gedrag verschilt per keer, legt ze uit. Het kan bijvoorbeeld komen door psychiatrische problemen, invloed van drank of drugs of door dementie. Het doel van streettriage is om deze mensen door vlot te helpen aan passende zorg op de beste plek. Ook dat is elke keer anders.

Scheelt inzet politie

Streettriage begon in 2019 als proef. In 2021 besloten de Twentse gemeenten om de financiering met drie jaar te verlengen. Nu is het voornemen om het verder uit te breiden. De triage-koppels staan paraat tussen 15.00 en 23.00 uur. Als de nieuwe voorstel er door komt, wordt dit de hele dag. Er gaan stemmen op om het 24/7 te regelen.

De kracht zit volgens Gros in de samenwerking tussen de agent en de ggz-medewerker. De een is goed in veiligheid, de ander herkent psychische ziektebeelden. Volgens de politie in Twente scheelt het aan mankracht en kostbare politie-uren. Daarnaast belanden verwarde personen niet meer zomaar in de cel.

Grens bereikt bij politie

Beide aspecten zijn een doorn in het oog van de politietop in Oost-Nederland. Waarnemend politiechef Gert Veurink kampt de komende jaren met een personeelstekort. Met lede ogen ziet hij dat zijn agenten elk jaar drukker zijn met verwarde personen.

"Deze mensen hebben hulp nodig, die wij als politie niet kunnen bieden"
Gert Veurink, politiechef

Veurink gaf als voorbeeld dat een arrestatieteam drie keer in een maand naar dezelfde persoon moest. „Dat kost veel geld en inzet. Deze mensen hebben hulp nodig, die wij als politie niet kunnen bieden. Wij zijn geen zorgverlener.”

Regioburgemeester Hubert Bruls (Nijmegen) was stelliger tijdens de jaarlijkse persconferentie, twee weken geleden. „We zitten nu in een situatie die steeds ernstiger wordt. Het gaat om mensen die zorg of begeleiding nodig hebben, maar niet door de politie. Zij zorgen voor overlast omdat het niet goed met ze gaat.” Volgens hem is er nog maar een oplossing over: meer bedden in de psychiatrische zorg.

Meer bedden geen oplossing

„Dat is echt veel te kort door de bocht,” reageert woordvoerder Amber Hes van Dimence. Volgens haar biedt het enkel neerzetten van extra bedden geen oplossing. „Elke situatie verdient een zo goed en passend mogelijke aanpak. 20 procent van alle meldingen gaat over mensen met psychische problemen. Voor die 80 procent moet je dus de beste oplossing vinden.”

Overal worstelen in het land politie en GGZ–instellingen met het almaar stijgende aantal meldingen. De Twentse aanpak is een voorbeeld, zegt Hes. Haar collega’s gaan van politieregio’s in Zeeland tot de Zaanstreek. Dichterbij, in Zwolle en Deventer, komt het niet van de grond.

"Het gaat om mensen die zorg of begelei­ding nodig hebben, maar niet door de politie" 
Hubert Bruls, regioburgemeester

Niet jouw probleem

Uit de cijfers van 2022 blijkt dat van de 681 Twentse meldingen bijna 40 procent een vervolg kreeg bij Dimence of Mediant. Soms op de dag zelf. 16 procent had geen zorg nodig, 13 procent werd geholpen door hun eigen zorgkader. Slechts 2 procent eindigde in het politiebureau. Volgens Gros heeft het nog een voordeel. „Je krijgt als politie en GGZ begrip voor elkaars werk. Het is niet meer jouw of mijn probleem.”

Maarten Schoon, Tubantia
Met de link naar het originele artikel op www. tubantia.nl