De eerste dagen rTMS waren vooral heel vermoeiend. Na de behandeling fietste ik naar mijn Airbnb en kroop daar in bed. Met het gevoel dat ik een dag via Teams had zitten vergaderen: een hoofd vol watten en een moe lijf. Soms hoofdpijn, soms een duizelig gevoel. Respect voor alle thuiswerkers! En tegen de tijd dat ik weer wat actief werd, was het einde van de middag in zicht en begon de schemering in te zetten. Niet ideaal en zeker niet helpend in mijn stemming.
Ik vind het heerlijk om naar een museum te gaan, te neuzen in een kringloop of een keertje lunchen bij IKEA. Allemaal activiteiten die ik bedacht had om de lege tijd in te vullen en mezelf actief te houden. En om niet in een kluizenaar te veranderen. In mijn eentje op pad, daar kan ik van genieten. Tot de complete lockdown op 15 december inging. December is al mijn minst favoriete maand, veel 'verplichtingen' in een korte tijd en een feestelijkheid waar ik me als depressieveling niet thuis in voel. Januari voelt (en is) veel lichter, omdat ik dan weer vooruit kan kijken i.p.v. terugblikken.
Dat merkte ik ook aan mijn stemming, die werd niet beter. In één van de gesprekken met de psychiater prikte hij dwars door me heen: ik moest in beweging komen! De tip om naar het UMCG te komen lopen, hielp me het meeste. Wandelen en in beweging zijn helpt mij goed om mijn gedachten te ordenen en gaf me meer tijd om na te denken over wat ik die dag verder zou doen. Ook maakte ik er een wedstrijdje met mijzelf van om elke dag de 10.000 stappen te halen. En beloonde ik mezelf bijvoorbeeld met een goede bak koffie in het Noorderplantsoen. De tip voor een goed koffietentje kreeg ik van één van de verpleegkundigen.
Een ander gaf me een boekje met (kunst)wandelingen rondom het ziekenhuis, daar heb ik ook van genoten. Die tips maakte het voor mij zeker leuker. Iets waar ik in mijn eigen werk ook zeker gebruik van probeer te maken, je ogen en oren openhouden in je netwerk kan soms net het verschil maken.