Overslaan en naar de inhoud gaan

De veerkracht van Aimée Elzenga

Wanneer iemand kampt met psychische klachten, kan er veel afkomen op zijn of haar naasten. Naasten zitten vaak met veel vragen. Hoe ga je met de situatie om, hoe gaat de behandeling en alles wat erbij komt kijken in zijn werk? Als naaste kan het erg eenzaam voelen. Iemand die hier ervaring mee heeft, is Aimée Elzenga, sociaal pedagogisch werkende bij Dimatch, het interne inzetbureau bij de Dimence Groep.  

Afbeelding van Aimée

Shock

“De eerste keer dat mijn dochter werd opgenomen met een psychose, wist ik niet wat ik meemaakte. Ik was in shock. Ik kende de ggz helemaal niet. Er overkomt je iets groots, maar je weet niet wat. Daarnaast verandert je rol als naaste enorm en krijg je te maken met gevoelens als onmacht, verdriet, schaamte en boosheid. Je gaat een rouwproces door,” vertelt Aimée. “Er was niemand die me vroeg: ‘hoe gaat het eigenlijk met jou?’ Je moet je zieke kind achterlaten bij onbekenden en weet niet wat er daar met haar gebeurt. Je voelt je heel erg afhankelijk en kwetsbaar.” 

Informatie

Aimée ging hard op zoek naar meer informatie. “Ik moest veel leren over psychische ziektes en hoe om te gaan met mensen die een psychische ziekte hebben. Er was gelukkig psycho-educatie bij Dimence en ik las er veel over.” 

Na die eerste opname volgen er nog twee opnames, waarbij Aimées dochter tijdens de tweede opname wordt gediagnosticeerd met een bipolaire stoornis. “Ik ben opnieuw heel hard op zoek gegaan naar informatie. Daarin heb ik echt het contact met andere naasten gemist. Ik moest alles alleen uitzoeken.  Of ik moest bijvoorbeeld ver weg om naar een bijeenkomst te kunnen, maar ik kon mijn dochter niet alleen thuislaten omdat zij een slechte dag had. Dat contact met mensen die hetzelfde meemaakten, heb ik toen enorm gemist.” 

 En dat terwijl er veel mensen zijn die in een soortgelijke situatie zitten: “Als één op de vier mensen psychische klachten heeft, wie zijn dan de drie die er overblijven? De partners, ouders, familie, vrienden, kennissen, buren, collega's, werkgevers. Kortom, wij allemaal," zegt Aimée.  

Taboe

“Ik merkte dat het een taboe was om er over te praten. Mensen weten er te weinig over en zijn er bang voor. Als het niet snel overgaat, krijg je steeds minder bezoek en je leven kan erg klein worden. Ook zelf krijg je te maken met periodes van uitputting, waardoor je alleen nog energie hebt voor datgene dat echt moet, de rest valt weg.” 

"Ik miste het contact met mensen die hetzelfde meemaakten"

Hoe gaat het met jou?

Er volgde een derde opname en die was volledig anders. “Mijn dochter ervoer direct dat de behandeling van en omgang met patiënten veel menselijker is. Minder dwang, vriendelijker. Dit maakte het deze keer voor mij veel makkelijker  om te accepteren dat zij opgenomen was. En, het personeel vroeg nu wel, en bleef vragen, hoe het nu met mij was. Ze luisterden echt naar mijn verhaal. Dat geeft veel steun en troost. Dan heb je meer energie om zelf overeind te blijven en door te gaan met je leven. En zelfs af en toe even weer te genieten van dingen.”  

Over de auteur

Meer ervaringsverhalen over: