Behandeling

Ik krijg nu medicijnen om mijn klachten onder controle te houden. Ik ben ook gaan inzien dat ik voor de rest van mijn leven medicatie moet gaan gebruiken. Samen met mijn vrouw heb ik psycho-educatie gevolgd, een behandeling waarin de vraag centraal staat wat het betekent om te leven met de diagnose bipolaire stoornis. Ik weet nu hoeveel ik aan mijn vrouw heb. En hoe belangrijk een sociaal netwerk om je heen is. Je gaat inzien hoeveel kennis en ervaring zij eigenlijk hebben.

Familie

Ik nam bijna altijd mijn vrouw mee naar de gesprekken bij Dimence. Maar niet alleen mijn vrouw werd betrokken bij de behandeling. Ook mijn dochter leerde veel over een bipolaire stoornis. Zij volgde een KOPP-cursus, een cursus voor kinderen van ouders met psychische problemen. Ze helpt me. Zo geeft ze me soms het advies om even niet teveel hooi op mijn vork te nemen. Ik moet namelijk oppassen met stress. Ook dat is iets wat ik geleerd heb. Een mobiele telefoon heb ik daarom ook niet, dat geeft teveel afleiding en stress. Facebook heb ik ook niet, voor ik het weet maak ik allerlei afspraken. 

Een mobiele telefoon heb ik ook niet, dat geeft teveel afleiding en stress

Signaleringsplan

Ik heb samen met mijn vrouw en mijn behandelaar een signaleringsplan gemaakt. Hierin wordt beschreven welke omstandigheden en klachten aan een eerdere psychose voorafgingen. Daarmee kan het hele gezin thuis controleren of alles nog goed gaat. Het plan beschrijft ook wat mijn vrouw en ik kunnen doen om een volgende terugval te voorkomen.

ROM

Op drie verschillende momenten tijdens mijn behandeling heb ik ook een ROM-vragenlijst ingevuld. Achter de computer op locatie bij Dimence. Aan de hand van de vragenlijst meet mijn behandelaar de voortgang van de behandeling. De resultaten bespreek ik met een psychiatrisch verpleegkundige. Ik vraag ook altijd nadrukkelijk naar de uitkomsten want dan kan ik zelf zien hoe het met me gaat.

Nazorg

Ik krijg nu nog steeds begeleiding van een verpleegkundige en een psychiater. Ik ga iedere drie maanden naar de psychiater en de verpleegkundige zie ik eens in de acht weken. Voorlopig is dat nog wel even nodig. Over een jaar kunnen we dat misschien gaan afbouwen.